Recordstijging energiekosten huishoudens en industrie
Foto Pixabay

De energierekening voor huishoudens wordt dit jaar bijna dubbel zo hoog als vorig jaar. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Gemiddeld stijgt de energierekening met 86%. Hier is zelfs de €3,2 miljard die het kabinet heeft uitgetrokken ter compensatie van de energiekosten in meegenomen. Het is bij CBS niet bekend of er zich ooit eerder een dergelijke stijging heeft voorgedaan.

De hoge energieprijzen bereiken niet alleen de huishoudens. Uit eveneens cijfers van CBS blijkt dat de industrie prijsverhogingen van gemiddeld 20% heeft doorgevoerd in het vierde kwartaal van 2021. Dit is hoogstwaarschijnlijk deels ter compensatie van de hogere productiekosten door de energiekosten. Uiteindelijk kunnen deze stijgende kosten leiden tot toenemende inflatie en verder afnemende koopkracht voor consumenten.

Gas- en stroomprijzen in jaar tijd met 350% gestegen

De helft van de Nederlandse huishoudens heeft een variabel energiecontract, zodat per 1 januari hun energiekosten naar boven zijn bijgesteld. Huishoudens met (meer)jaarcontracten zijn die dans voorlopig ontsprongen. Gemiddeld betaalt een huishouden dit jaar meer dan €1300 extra. Door verschillende overheidsmaatregelen worden huishoudens dit jaar voor gemiddeld €400 gecompenseerd, anders was eerdergenoemd bedrag nog hoger uitgevallen. Huishoudens met vaste contracten kunnen door die compensatie zelfs minder betalen dan vorig jaar.

De sterke stijging leidt tot zorgen om ‘energie-armoede’: huishoudens die hun rekeningen niet meer kunnen betalen of gedwongen zijn de verwarming in de winter uit te laten. Politici en organisaties roepen op tot maatwerkoplossingen om de hardst getroffenen te helpen, bijvoorbeeld huishoudens in woningen met een zeer slecht energielabel, die niet zelf de middelen hebben om dit te verbeteren.

Afzetprijzen industrie stijgen mee

De energierekening is echter niet de enige weg waarmee de energiekosten de consumenten bereiken. De industrie verhoogde volgens het CBS de afzetprijzen met gemiddeld 20% in het vierde kwartaal van 2021, de hoogste stijging sinds 1951. In diezelfde periode steeg ook de omzet met gemiddeld 23%. Via de maakindustrie zullen deze prijsverhogingen waarschijnlijk ook de consumenten bereiken. Bovendien kan het tot toenemende inflatie leiden. In januari bevond de inflatie zich al op 6,4%.

De hogere afzetprijzen in de industrie zijn deels een gevolg van de sterk aangezwengelde vraag in combinatie met veel leveringsproblemen van grondstoffen. Maar daarbij spelen ook zeker de gestegen energiekosten een rol: de afzetprijzen in de aardolie-industrie (87%) en de chemie (45%) stegen bijvoorbeeld zeer sterk. Ook producenten van ijzer en staal, grootverbruikers van stroom en gas, verhoogden hun prijzen met 43%.

Experts achten een scenario waarin de conjunctuur kan omslaan niet onrealistisch, maar gaan vooralsnog meer uit van een scenario waarin de prijsstijgingen en daarmee de inflatie in de loop van de tijd zullen afnemen. Dit wordt vooral gebaseerd op het idee dat de meeste huishoudens tijdens de lockdowns genoeg financiële buffers hebben opgebouwd om hun bestedingspatroon niet drastisch te hoeven veranderen dit jaar. Lagere inkomens kunnen echter wel sneller geraakt worden.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *