Foto Pixabay

Op maandag 8 juni presenteerde het Adviescollege Stikstofproblematiek het eindadvies voor een structurele aanpak van de stikstofdeposities in Nederland. De commissie onder leiding van oud-minister Remkes is kritisch op de huidige aanpak door het kabinet, en stelt strengere maatregelen voor. Zo zou de stikstofuitstoot in 2030 niet met 26 procent maar met 50 procent moeten zijn teruggebracht. Dit zou bovendien niet een streven, maar een verplichting moeten zijn.

In het eindrapport wordt ook aandacht besteed aan het gebruik van biomassa voor energieopwekking. Naast de daarbij vrijkomende stikstof, is het opvallend dat daar expliciet bij staat vermeld dat “gecertificeerde biomassa ten onrechte als ‘CO2-neutraal’ wordt meegeteld.” Eind 2019 zorgde het tussentijdse advies van Remkes om de subsidie op biomassa bijstook stop te zetten voor een CO2-reductie al voor ophef. Daarmee is het niet de eerste keer dat er in het advies over stikstof, terloops ook een advies over CO2-uitstoot door biomassa is meegenomen.

“In huidige aanpak is opnieuw sprake van zoeken naar rek en ruimte”

Eind april kondigde minister Schouten van Landbouw het programma ‘Structurele Aanpak Stikstof’ aan, waarmee in de komende tien jaar 5 miljard euro wordt besteed aan het ondersteunen van bedrijven bij het terugdringen van de uitstoot, en het herstel van natuurgebieden.

Sinds het vorige Programma Aanpak Stikstof (PAS) vorig jaar door de Raad van State als onvoldoende werd beoordeeld, zijn veel economische- en bouwactiviteiten stil komen te liggen door de geldende stikstofeisen. Als extra maatregel werd ook de maximum snelheid op wegen overdag verlaagd naar 100 km/u.

Met het geld van het nieuwe programma moeten bedrijven geholpen worden om aan de stikstofeisen te voldoen, zodat zij weer aan de slag kunnen. Ook kunnen boerenbedrijven in de buurt van Natura-2000 gebieden ermee uitgekocht worden.

De stikstofcommissie onder leiding van Remkes ziet veel vergelijkingen tussen het huidige stikstofbeleid en PAS, het oude programma dat vorig jaar als onvoldoende werd beoordeeld door de Raad van State. Er zou sprake zijn van zoeken naar rek en ruimte en daarnaast zijn de doelstellingen niet ambitieus genoeg volgens de commissie Remkes. Zo wordt er zelfs onderzocht of het aantal Natura-2000 gebieden omlaag kan.

De commissie adviseert een verplichte reductie van 50 procent van de stikstofuitstoot in 2030, in plaats van een doelstelling van 26 procent. Ook zou het uitkopen van boeren niet alleen op vrijwillige basis moeten kunnen, en moeten er juist meer natuurgebieden bij komen.

Natuur en milieuorganisaties zijn verheugd met het advies, maar de boerensector is minder enthousiast. De landbouwsector wordt aangewezen als de sector waar de grootste reductie zal moeten plaatsvinden. Hiervoor worden maatregelen als het terugdringen van meststoffen en onvrijwillige uitkoping genoemd.

Overigens is door de coronacrisis de stikstof-uitstoot uit bepaalde sectoren gedaald, maar Remkes waarschuwt dat dit slechts tijdelijk van aard is en dat de maatregelen voor de langere termijn onverminderd van belang zijn.

Opmerkingen over biomassa niet direct gerelateerd aan stikstofadvies

In het adviesrapport wordt ook aandacht besteed aan de stikstofemissies door energiebedrijven (stikstofoxiden in het bijzonder). De verwachting is dat de productie van elektriciteit zal toenemen onder druk van elektrificatie in de samenleving. Tegelijkertijd zal ook het aandeel duurzaam opgewekte elektriciteit groeien. Hiertoe worden wind- en zonne-energie, evenals energie uit biomassa gerekend.

Een toename van het aandeel windmolens en zonnepanelen leidt volgens de commissie tot een afname van de uitstoot van stikstofoxiden. De groei van het aantal biomassacentrales leidt daarentegen tot een toename van de uitstoot van stikstofoxiden. Voor kolencentrales die biomassa bijstoken of op termijn mogelijk worden omgebouwd naar biomassacentrales, blijft de uitstoot van stikstofoxiden gelijk.

Terloops wordt in deze toelichting de opmerking geplaatst dat de biomassa bijstook en mogelijke ombouw van kolencentrales geen bijdrage levert aan het terugdringen van de CO2-uitstoot, omdat het ‘ten onrechte’ is dat biomassa als CO2-neutraal wordt aangemerkt. Officieel wordt biomassa internationaal als duurzaam aangemerkt, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Een van die voorwaarden is dat de gebruikte biomassa weer aangroeit, waarmee de uitgestoten CO2 weer wordt opgenomen uit de atmosfeer.

Toen in een eerder stikstofadvies vorig jaar ook al werd verwezen naar de CO2-uitstoot door biomassa vroeg onder andere energieproducent RWE zich af wat de CO2-uitstoot te maken heeft met een onderzoek naar stikstof. In het eindadvies wordt opnieuw kritiek geuit op het biomassabeleid in Nederland ten aanzien van CO2-uitstoot, zonder hier verder een verband wordt gelegd met stikstof, het hoofdonderwerp van het rapport.

, , , ,

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *