In het voorjaar van 2019 kocht Amerikaanse investeringsmaatschappij Riverstone de gloednieuwe kolencentrale van Engie in de haven van Rotterdam, tegelijk met drie andere kolencentrales in Duitsland. Al snel wierp dit de vraag op wat Riverstone ziet in een centrale die in 2030 moet sluiten, en waarvan de brandstof steeds duurder wordt door CO2-beprijzing.
Inmiddels ligt de Engie-centrale op de Maasvlakte ook nog sinds januari stil wegens technische problemen, en zal deze naar verwachting pas in juli weer in werking treden. Er werd daarom geopperd om de kolencentrale definitief te sluiten, zodat er tegemoet gekomen kan worden aan de Urgenda-eis. Centrale-directeur Peter Feldhaus ontkent dit in het Financieele Dagblad echter stellig, en voorspelt een goede businesscase voor kolenenergie in de komende jaren.
Goede investering dankzij stijgende stroomprijzen
Een eerste vermoeden bij de investering van Riverstone is dat men kansen zag in het eisen van compensatie van de Staat, wanneer de kolencentrale in 2030 noodgedwongen moet sluiten door een verbod op kolen. RWE en Uniper, eigenaren van de andere twee recent gebouwde kolencentrales in Nederland, hebben aangekondigd mogelijk een procedure te starten wegens indirecte onteigening. Dit kan onder het Energiehandvestverdrag (ECT) of het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Feldhaus ontkent dat dit de insteek van de aankoop is. Volgens hem zijn de goede vooruitzichten op de Europese markt de voornaamste reden: “We hebben de Europese markt in kaart gebracht. Er zal de komende jaren 100 gigawatt aan opwekcapaciteit uit de markt worden weggenomen, bijvoorbeeld doordat Duitse kerncentrales sluiten. Dat is controleerbare, betrouwbare productie. Dat wordt niet in hetzelfde tempo vervangen. Wel komt er steeds meer vraag naar stroom, kijk naar naar elektrisch rijden. We voorzien dus tekorten.”
In 2030 zal naar verwachting 70% van de stroom in Nederland door voornamelijk windmolens en zonnepanelen opgewekt worden. Dit maakt Nederland kwetsbaarder voor ongunstige weersomstandigheden, zoals Dunkelflaute, waardoor de vraag naar regelbare elektriciteitscentrales toeneemt. Behalve Duitsland zal ook België op korte termijn haar kerncentrales sluiten, terwijl ook het kernvermogen in Frankrijk zal afnemen.
De kolencentrale van Riverstone op de Maasvlakte is bezig met het onderzoeken van een volledige ombouw naar biomassacentrale. Tot nu toe is een van de vier ketels geschikt gemaakt voor biomassa-bijstook, waarvoor men €300 miljoen subsidie ontvangt. Het is echter de vraag of een volledige ombouw zonder subsidie haalbaar is, eerder onderzoek voor zustercentrale MPP3 op de Maasvlakte wees uit dat dit onwaarschijnlijk is. Daarmee zou de Wet verbod op kolen bij elektriciteitsproductie in 2030 tot sluiting van de centrale leiden.
Uitverkoop
Het bedrag dat Riverstone heeft betaald voor de centrale op de Maasvlakte is nooit bekend gemaakt. Wel werd de schuldpositie van Engie met netto €200 miljoen verlaagd na de verkoop van de Nederlandse en drie Duitse centrales aan de investeringsmaatschappij, wat lijkt te duiden op €50 miljoen per centrale. Dit is een bijzonder lage prijs, aangezien de Engie-centrale, die in 2015 werd geopend, voor €1,5 miljard werd gebouwd. Ook een andere centrale in dit pakket in Wilhelmshaven stamt uit 2015 en kostte meer dan een miljard.
Verschillende Europese landen nemen maatregelen tegen kolencentrales, zodat investeerders kans zien om deze centrales voor zeer lage prijzen aan te schaffen en hier in de resterende jaren nog winst uit te halen. Het bedrijf EPH van Tsjechische ondernemer Daniel Kretinsky neemt bijvoorbeeld de ene na de andere kolencentrale over, waardoor EPH tot de top tien stroomproducenten van Europa is doorgedrongen. Hij bezit centrales in onder andere Duitsland, Frankrijk, Tsjechië, Italië, Hongarije en Polen. De recentste aanwinst is de laatste bruinkoolcentrale van Uniper in Schopau, Duitsland.
Investeringsmaatschappijen gaan doorgaans alleen over tot een investering als ook in het slechtst voorziene scenario geen verlies wordt geleden. Ook als sluiting in 2030 het eindstation is, is goed mogelijk dat Riverstone reguliere winst uit de zeer lage investering in de splinternieuwe kolencentrale heeft weten te halen.
Overigens heeft Riverstone ook bezittingen in kolenoverslag, kolenmijnen en de grootste biomassa-leverancier van de wereld (Envira). Feldhaus ontkent echter dat dit laatste de kans op ombouw naar biomassacentrale vergroot, omdat men bij Envira geen kortingen zal rekenen.