De hoeveelheid elektriciteit die wordt geproduceerd uit windenergie en uit zonne-energie groeit in een rap tempo. De verwachting is dat de opwekking van wind- en zonne-energie in 2030 voorziet in 70 procent van onze stroombehoefte. Echter moeten vraag en aanbod wel op elkaar worden afgestemd. Volgens energie-expert Jules Kortenhorst zijn er de komende tien jaar nog genoeg opties om dit te doen, hierna is opslag op grote schaal nodig.

Met vraag en aanbod bedoelt Kortenhorst de spreiding van het energiegebruik. Deze bronnen van groene stroom blijven namelijk als nadeel houden dat de zon niet altijd schijnt en dat de wind niet altijd waait. Om deze bronnen efficiënt te kunnen gebruiken moet er daarom worden gewerkt aan de opslag van deze groene stroom.

Hiervoor biedt de opslag van elektriciteit in waterstof mogelijkheden. Zo heeft onder andere het energiebedrijf Vattenfall plannen liggen om oude kolen- en gascentrales om te bouwen tot ammoniak- of waterstofcentrales om elektriciteit in gas te kunnen opslaan.

 

De bouw van waterstofcentrales is niet alleen de verantwoordelijkheid van de energiesector

Nieuwe opslagcentrales zijn volgens Kortenhorst een goed idee, echter denkt hij dat er de komende tien jaar al slimmer met de stroomvoorziening omgegaan kan worden. “Naar alle waarschijnlijkheid hebben we zeker tot een niveau van 70 procent aan wind- en zonne-energie voldoende aan bijvoorbeeld uitbreiding van het hoogspanningsnet over Noordwest-Europa, batterij-opslag en beter inspelen op de stroomvraag.”. Hier komt wel bij dat de energievoorziening door zonne- en windenergie na 2030 verder zal groeien, voegt Kortenhorst toe. “Dan hebben we zeker power-to-gas nodig. Dus het produceren van waterstof met groene stroom. Meerdere bedrijven zijn daar al mee bezig”.  Deze stappen kan de energiesector echter niet alleen zetten, hier moet de overheid steun in bieden vindt hij.

De vraag afstemmen op het aanbod

Kortenhorst wijst op het feit dat er, naast ontwikkelingen in het aanbod in energievoorziening, ook een verandering plaatsvindt in de vraag. Over de spreiding en de digitalisering van de stroomvraag zegt hij het volgende: “Het tijdelijk afstemmen van de vraag op het aanbod van elektriciteit lijkt achterstevoren, maar is in een groot aantal toepassingen een belangrijke oplossing. Daarvoor moeten we ons elektriciteitsnetwerk ‘slim’ maken, zodat de vraag digitaal bijgesteld kan worden.” Kortenhorst ligt hierbij toe dat het niet alleen om de industriële consumptie van elektriciteit gaat, maar juist om dat van particulieren. “Denk aan een elektrische smartboiler of de oplader voor een elektrische auto. Die kunnen het stroomverbruik deels aanpassen aan een gunstig moment.”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *