Het door het kabinet geplande prijsplafond voor elektriciteit en aardgas moet voorkomen dat huishoudens een zeer hoge energierekening tegemoet kunnen zien bij de jaarafrekening. De overheid belooft met dit plafond consumenten het verschil ten opzichte van een maximumprijs te vergoeden voor de variabele kosten. Dat gebeurt waarschijnlijk via de energieleveranciers. Het lijkt er nu echter op dat de vaste kosten op de energierekening voor iedereen in 2023 minstens €300 hoger uitvallen. Hier heeft het prijsplafond geen effect op.
Vaste kosten voor energie nemen toe
Het prijsplafond voor stroom en gas richt zich op de variabele kosten voor energie, namelijk op de prijs per kuub gas en per kilowattuur aan elektriciteit.
Dankzij het prijsplafond gaan huishoudens volgens het plan vanaf 1 januari 2023 maximaal €0,40 per kilowattuur elektriciteit en maximaal €1,45 per kuub gas betalen. Dat plafond geldt tot een verbruik van 1.200 kuub gas per kalenderjaar en 2.900 kilowattuur aan elektriciteit (gebaseerd op het gemiddelde verbruik van Nederlandse huishoudens). Boven die hoeveelheden gelden de marktprijzen, omdat het kabinet meteen wil stimuleren om minder energie te verbruiken. Bij het maximale verbruik binnen het prijsplafond leidt dat tot €3.045 kosten per jaar, of €254 per maand. Dat is ondanks het prijsplafond al flink meer dan veel huishoudens tot nu toe betalen.
Ondertussen nemen ook de vaste kosten op de energierekening snel toe. Dat komt door oplopende vergoedingen voor de energieleverancier en de netbeheerder en door het dalen van de korting op de energiebelasting.
Drie vaste bedragen
Er is sprake van drie vaste posten, als het gaat om de energierekening:
Vaste kosten voor de energieleverancier
Een energieleverancier berekent vaste kosten per maand, ter vergoeding van bijvoorbeeld de administratieve lasten. Het is een vast bedrag per maand, dat de energieleverancier bepaalt en dat dus per leverancier verschilt.
Vaste kosten voor de netbeheerder
Ook voor de netbeheerder worden vaste kosten op de energierekening doorberekend, voor o.a. het onderhoud van de elektriciteitsnetten en de andere taken van de netbeheerder. Nederland kent 6 regionale netbeheerders, namelijk Liander, Enexis, Rendo, Westland, Stedin en Coteq. Waar iemand woont bepaalt wie de netbeheerder is. Het maakt voor dit deel van de vaste kosten niet uit welke energieleverancier er gekozen is.
Fiscale korting op de energiebelasting
Andersom brengt de overheid een bedrag in mindering op de berekende energiebelasting. Het gaat om een vast bedrag per jaar, dat jaarlijks wordt aangepast.
Alle drie de bovenstaande bedragen veranderen in 2023. Dat leidt tot een kleine toename van de vaste kosten voor de energieleverancier, een iets grotere toename bij de netbeheerders en een grote afname bij de fiscale korting op de energiebelasting.
Vooral invloed van lagere fiscale heffingskorting
De vaste kosten voor de energieleveranciers stijgen vooral vanwege de btw-korting die vervalt. Momenteel geldt er een tarief van 9% btw, dat wordt per 1 januari weer gewoon 21%. Gemiddeld gaat het om een toename van €15 per jaar, iets dat in de praktijk wel meevalt.
De netbeheerkosten bedragen in 2022 gemiddeld €397, zo berekende de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Diezelfde ACM berekende ook dat de kosten in 2023 zullen stijgen, gemiddeld naar €513. Dat betekent een stijging van €116, wat veel meer bijdraagt aan de toename van de vaste kosten.
De heffingskorting leidt tot de grootste toename in kosten, omdat de fiscale korting lager uitpakt. Het gaat in 2022 nog om gemiddeld €784. In 2023 gaat het nog maar om €597. Dat betekent een daling van maar liefst €187. Het is de grootste tegenvaller voor huishoudens, die daardoor onderaan de streep een stuk meer gaan betalen.
Wie de bedragen bij elkaar optelt komt tot een verschil van meer dan €300. Dat betekent dat huishoudens iedere maand €25 meer betalen, nog los van hoge energietarieven.
Zelfs als het prijsplafond uitgebreider zou zijn of zelfs als de energieprijzen weer flink zouden dalen blijven deze hogere kosten staan. Bovendien krijgt iedereen ermee te maken. Alleen de stijgende kosten bij de energieleveranciers zijn afhankelijk van de leverancier. Dat betekent dat die €15 ook een tientje of twee tientjes kan zijn. Onderaan de streep betaalt iedereen ruim €300 per jaar meer, vanwege de stijgende vaste kosten.