De Europese Commissie (EC) heeft het dit jaar ingevoerde capaciteitsmechanisme voor de Belgische elektriciteitsmarkt goedgekeurd. Volgens de EC wordt mededinging op de interne markt niet onnodig verstoord, terwijl de maatregel zal bijdragen aan de veiligheid van de elektriciteitsvoorziening. Er is geen sprake van onrechtmatige staatssteun, oordeelt de EC.
Het capaciteitsremuneratiemechanisme (CRM), zoals de maatregel voluit luidt, moet de bevoorradingszekerheid van elektriciteit in België veiligstellen nu de kerncentrales in dat land voor 2025 moeten sluiten. Aan de hand van jaarlijkse veilingen wordt financiële steun gegeven voor het beschikbaar stellen van productiecapaciteit of besparende middelen vanaf 2025, ongeacht of deze uiteindelijk worden ingezet. Wanneer uit de exploitatie (hoge) winsten worden behaald, dient deze steun terugbetaald te worden. Deze zekerheid van inkomsten dient investeringen aan te wakkeren.
Het CRM van België is het eerste goedgekeurde capaciteitsmechanisme sinds de nieuwe elektriciteitsverordening van de Europese Unie is ingevoerd. Deze verordening stelt onder andere nieuwe voorwaarden aan de maximale uitstoot van productiemiddelen waaraan vergoedingen worden verstrekt middels capaciteitsmechanismen.
Elia trekt meermaals aan alarmbel
De landelijke netbeheerder van het Belgische elektriciteitsnet trok de afgelopen jaren meermaals aan de alarmbel, omdat de leveringszekerheid in gevaar dreigde te komen. Toen meerdere kerncentrales tegelijk uitvielen wegens achterstallig onderhoud werd pijnlijk duidelijk dat België nog niet over voldoende alternatieven beschikte. Er werd zelfs een ‘afschakelplan’ ingevoerd, waarbij delen van het stroomnet stapsgewijs afgesloten konden worden om een totale blackout te voorkomen.
Nu men voor 2025 definitief alle kerncentrales wil sluiten, moet er voor die tijd een alternatief beschikbaar zijn. België heeft al sinds 2018 een ‘strategische reserve’ ingevoerd, waarbij bestaande opwekkingscapaciteit een capaciteitsvergoeding krijgt om beschikbaar te blijven. Met het CRM wil België daarnaast ook nieuwe investeringen in capaciteit aanmoedigen.
Jaarlijkse veilingen
Onder het CRM worden voor ieder leveringsjaar twee veilingen georganiseerd, één vier jaar van tevoren en één een jaar van tevoren. Dit biedt zowel investeringen met een lange als met een korte voorbereidingstijd een kans. De vastgestelde benodigde opwekkingscapaciteit wordt vervolgens toebedeeld in volgorde van goedkoopste aanbieders.
Voordat een aanbieder mee kan doen aan een veiling, moet deze voldoen aan een aantal vereisten, die worden vastgesteld in de prekwalificatie. Deze voorwaarden stellen onder meer vast dat de aanbieders af moeten zien van exploitatiesteun (waarbij bv. de opwekking wordt gesubsidieerd) en er zijn voorwaarden aan de maximale uitstoot van CO2.
Het CRM is technologie-neutraal (alle vormen van opwekking of besparing kunnen meedoen), marktbreed (niet alleen steun voor opvullen verwacht tekort, maar voor totale benodigde volume per jaar) en gecentraliseerd (steun wordt verdeeld via veiling georganiseerd door Elia, die ook maximum vaststelt). Ook kan het niet leiden tot (grote) winsten, omdat de steun bij veel winst door exploitatie terugbetaald dient te worden.
Voorlopig niet in Nederland
Binnen de EU kennen Duitsland, Frankrijk, Griekenland, Italië en Polen ook verschillende vormen van capaciteitsmechanismen. Een belangrijke reden om een capaciteitsmarkt op te zetten is de energietransitie, waardoor de elektriciteitsmarkt lastiger voorspelbaar wordt.
Een voorbeeld: wind- en zonne-energie kunnen op momenten dat het waait of met veel zonuren heel goedkoop elektriciteit leveren, omdat er geen kosten voor brandstof worden gemaakt. Op die momenten worden conventionele thermische centrales dus uit de markt gedrukt. Echter, op momenten dat het niet waait en/of de zon niet schijnt, zijn deze thermische centrales vaak nog hard nodig. Dit wordt ook wel het ‘missing money’ probleem genoemd: men zou kunnen zeggen dat de conventionele centrales ook een dienst leveren door paraat te staan wanneer ze nodig zijn, maar krijgen hier niets voor terug. Door een vergoeding in te stellen voor dat paraat staan (een capaciteitsmechanisme), wordt voorkomen dat teveel van dit soort opwekkingsmiddelen sluiten (of niet meer gebouwd worden), omdat ze geen constante inkomsten meer kunnen genereren.
Ook Nederland zal in de komende jaren steeds meer afhankelijk worden van fluctuerende wind- en zonne-energie. Tegelijkertijd moeten de kolencentrales voor 2030 sluiten, en zal het aantal gascentrales ook afnemen. Al vanaf 2025 kan Nederland niet meer voorzien in de eigen stroomvraag, en wordt afhankelijk van wat er in het buitenland beschikbaar is. Om die reden wordt ook in Nederland wel eens geopperd om een capaciteitsmechanisme in te stellen, maar vooralsnog wordt dit door de overheid van de hand gewezen. Men vertrouwt erop dat het importeren van elektriciteit uit het buitenland altijd mogelijk zal zijn.