In het tv-programma Nieuwsuur stelde VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff maandagavond dat Nederland de klimaatdoelen van Parijs niet kan halen zonder kernenergie. Een week eerder wijdde Nieuwsuur reeds een aflevering aan een nieuw opkomende roep om kernenergie in de energietransitie en afgelopen weekend werd het gebruik van kernenergie ook beargumenteerd in het programma Zondag met Lubach.
Kernenergie lijkt daarmee weer onderdeel van het energiedebat te worden, na een lange tijd vrijwel afgeschreven te zijn geweest. Het betrekken van kernenergie bij de energietransitie is ook nodig volgens het International Panel on Climate Change, want in ieder van de door het IPCC geschetste scenario’s om klimaatverandering te beperken is een toename van kernenergie berekend. Op zijn minst een toename van 150% in 2050, een vervijfvoudiging in het meest extreme geval.
Kernsplijting, de techniek achter kernenergie, veroorzaakt geen CO2-uitstoot, maar creëert wel radioactief afval. Bovendien hebben de ongevallen bij de kerncentrales van Tsjernobyl en Fukushima voor scepsis jegens kerncentrales gezorgd. Tegenstanders houden daarom liever vast aan energie uit wind en zon. Zo is D66-leider Rob Jetten ervan overtuigd dat er andere keuzes mogelijk zijn, zoals nieuwe technieken voor de opslag van schone energie.
Regelbaar vermogen naast zon en wind
Met zijn opmerking over opslagtechnieken wijst Jetten op een belangrijk probleem in een energievoorziening die zich volledig baseert op wind en zon; er zijn perioden waarin het niet waait of de zon niet schijnt. Soms zelfs gelijktijdig, een zogenaamde Dunkelflaute.
De middelen die nodig zouden zijn om voldoende elektriciteit uit wind en zon voor later gebruik op te slaan voor heel Nederland of Europa zijn niet beschikbaar. Om de leveringszekerheid te garanderen moet er daarom voldoende regelbaar vermogen beschikbaar blijven naast wind en zon. Regelbaar vermogen bestaat nu veelal uit conventionele energiecentrales die gebruik maken van fossiele brandstoffen en dus CO2 uitstoten. Om de klimaatdoelen te halen moet hier idealiter naar andere oplossingen worden gezocht.
De aanleg van nieuwe kerncentrales ligt hierbij voor de hand, omdat het CO2-vrij én regelbaar vermogen is. Er is echter een belangrijk obstakel dat de bouw van nieuwe kernreactoren tegenhoudt: de kosten. De bouw van een kerncentrale brengt vele miljarden met zich mee. Bedrijven in Nederland zouden alleen dergelijke investeringen aandurven als het investeringsklimaat optimaal is. Dat is niet het geval, sterker nog, zelfs als de overheid de bouw van nieuwe kerncentrales openlijk zou gaan aansporen valt te betwijfelen of er veel animo zou zijn.
De energiebedrijven werden namelijk eerder aangespoord om nieuwe kolencentrales te bouwen en ontvingen hier zelfs subsidies voor. De pas onlangs in 2015 en 2016 geopende centrales moeten van het huidige kabinet echter voor 2030 hun deuren alweer sluiten, ruim voor hun economische levensduur is verstreken. In een Tweet liet Taco Douma, directeur van één van deze nieuwe kolencentrales, daarom weten zich af te vragen wie de overheid gaat vragen voor nieuwe kerncentrales: “Toch niet die bedrijven die ze vroegen kolencentrales te bouwen”.
Alternatieven duurzaam regelbaar vermogen
De bouw van nieuwe kerncentrales is niet de enige manier om CO2-neutraal regelbaar vermogen te verkrijgen, er bestaan ook kansen bij de bestaande kolen- en gascentrales. Zo is CCS technisch gezien een mogelijkheid, waarmee de uitstoot van de bestaande fossiele centrales tot 0 kan worden teruggebracht. In de praktijk komt CCS echter moeilijk van de grond vanwege het gebrek aan vertrouwen bij investeerders om hun geld te steken in centrales die wellicht binnenkort moeten sluiten en vanwege weerstand tegen middelen die de fossiele industrie in stand kunnen houden, ondanks het verdwijnen van de uitstoot.
Dan is er nog de mogelijkheid om de bestaande centrales op alternatieve brandstoffen te laten werken, zoals biomassa, waterstof, ammoniak of metaalbrandstoffen. Voor deze alternatieven geldt dat er ofwel veel weerstand is (biomassa) of dat de technieken en toepassing daarvan nog in de ontwikkelingsfase zitten.
Nieuwe kerncentrales, ombouwen van de huidige conventionele centrales of wachten op geschikte opslagtechnieken, er lijkt in het energiedebat enige consensus te ontstaan dat wind en zon hulp nodig hebben bij het garanderen van de leveringszekerheid.