Pyrolyse is een proces waarbij organische materialen worden ontbonden door de toepassing van warmte in afwezigheid van zuurstof. In de context van energieproductie wordt pyrolyse gebruikt om biomassa (zoals hout, landbouwafval of algen) om te zetten in een bruikbare vorm van energie, zoals biochar, bio-olie of syngas.

Een van de belangrijkste voordelen van pyrolyse is dat hiermee een grote verscheidenheid aan organische materialen in energie kan worden omgezet. Dit maakt het een potentieel waardevol instrument voor de productie van energie uit biomassa die anders verloren zou gaan, zoals landbouw- en bosbouwresten. Pyrolyse kan ook worden gebruikt om niet-eetbare plantaardige materialen in energie om te zetten, wat kan helpen om de concurrentie om land en water tussen voedselproductie en energieproductie te verminderen.

Een ander voordeel van pyrolyse is dat er, afhankelijk van het specifieke proces en de gebruikte omstandigheden, verschillende energieproducten mee kunnen worden geproduceerd. Via pyrolyse geproduceerde biochar kan bijvoorbeeld worden gebruikt als bodemverbeteraar om de vruchtbaarheid van de bodem te verbeteren, terwijl bio-olie kan worden gebruikt als vervanger van fossiele brandstoffen in diverse toepassingen.

Een belangrijke voorwaarde voor de duurzaamheid van pyrolyse is de soort toegepaste energie om de benodigde warmte te produceren en adequate filtering van emissies van deeltjes, stikstofoxiden en vluchtige organische stoffen, die negatieve gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit.