Een joule is een eenheid van energie. Het is de energie die nodig is om een kracht van één newton tegen te werken over een afstand van één meter. Een joule is ook gelijk aan de hoeveelheid warmte die nodig is om de temperatuur van één gram water met een graad Celsius te verhogen. Het wordt vaak gebruikt om de hoeveelheid energie aan te geven die wordt opgewekt of verbruikt in elektrische circuits, motoren en andere apparaten.

De joule is vernoemd naar James Prescott Joule, een Engelse natuurkundige. De joule is een kleine eenheid, dus vaak worden grotere eenheden gebruikt, zoals de kilojoule (kJ) of de megajoule (MJ). Een kilojoule is 1000 joule en een megajoule is 1 miljoen joule. In het kader van elektriciteit en warmte wordt ook vaak gewerkt met de eenheden watt of (kilo)watturen, die een bepaald vermogen uitdrukken. Een vermogen uitgedrukt in watt staat gelijk aan de hoeveelheid energie in joule per seconde.

Dus bijvoorbeeld een energiecentrale met een maximaal vermogen van 1.000 megawatt (1 miljard watt), produceert maximaal 1 miljard joule per seconde (of 3,6 biljoen joule per uur, etc.).